WOORDEN VAN DEZE WEEK
 week 7:   17 t/m 23 februari 2020
Hier zijn ongeveer vijftien woorden die nog steeds volop gebruikt worden in goede kranten, serieuze nieuws- en actualiteitenprogramma's en gesprekken van een zeker niveau, maar die bij jongeren nauwelijks meer bekend zijn. Breng je woordkennis op peil zodat je kunt meepraten in deze wereld!
Heb je zelf ook woorden voor de Lijst van Bedreigde Woorden? Sluit je aan bij De Academie!

(Vraag het even bij het OLC.)

Met de onmisbare inbreng van DE ACADEMIE: Cedric P., Collin H., David R., Flores B., Freek E., Gijs R., Jelle Z., Jeroen A., Job A., Kian P., Leeuwe vdn H., Paul S., Philip S., Pit D., Stijn B., Thomas M., Tobias O. en Youp D.

Bekijk ook:  
Vorige weken:
De klemtoon ligt bij het onderstreepte gedeelte van het woord.  Omkaderde zinsdelen  zijn vaste uitdrukkingen, typische formuleringen.

aandoening
= ziekte (lichamelijk of geestelijk); kwaal; gebrek
Eczeem is een aandoening van de huid. Een deel van de huid is dan aangedaan.
ENGELS: disorder
(w7) ESPERANTO: afekcio
aandoenlijk
= emotieopwekkend; ontroerend; schattig; werkt op het gevoel
Die twee jonge chimpansees die elkaar in innige omarming vasthielden, zagen er aandoenlijk uit; zo lief, zo schattig.
ENGELS: touching; moving
(w7) ESPERANTO: emocia; kortuŝa
alert
= oplettend; wakker; waakzaam; snel reagerend
Een alerte voorbijganger had de gewonde man in het steegje zien liggen en belde de ambulance.
Aan de alertheid van de buschauffeur is het te danken dat een aanrijding kon worden voorkomen.
ENGELS: alert
(w7) ESPERANTO: atentema; 'alert zijn' = atenti
hachelijk
= (levens)gevaarlijk; gevaarvol; grote kans op een slechte afloop
De sneeuwstorm die zich plotseling aandiende maakte de thuisreis tot een  hachelijke onderneming . Ik vroeg me onderweg steeds af of ik dit  hachelijk avontuur  wel zou overleven.
ENGELS: precarious
(w7) ESPERANTO: kriza; danĝera; riska
heikel
= gevoelig; lastig; pijnlijk; riskant; netelig; precair; grote kans op gedoe of herrie
Gedwongen door de economische crisis moest er met de arbeiders gesproken worden over allerlei bezuinigingen. Dat ging eigenlijk best goed, maar loonsverlaging bleek een zeer  heikel onderwerp  te zijn: de vergadering werd al gauw ruzieachtig bij dit  heikele punt .
(w7) ESPERANTO: tikla
laakbaar
= wat afkeuring verdient; afkeurenswaardig
Dat leerlingen hun fiets voor een nooduitgang stallen, vindt de schoolleiding uiterst  laakbaar gedrag .
(w7) ESPERANTO: mallaŭdinda; malaprobinda; riproĉinda
laks
= onverschillig; met te weinig zorg, interesse en inzet; nalatig
De docent werd nogal eens moedeloos van de lakse houding van de leerling. De lessen waren slecht voorbereid en het huiswerk was vaak niet af.
ENGELS: lax
(w7) ESPERANTO: senenergia; apatia
luguber
= akelig; naargeestig; eng; griezelig
Een nietsvermoedende wandelaar deed een lugubere vondst: er lag een afgehakte hand naast het bospad.
ENGELS: lugubrious; sinister
(w7) ESPERANTO: timtremiga
macaber
= griezelig; gaat over sterven en dood
Mijn neefje vindt het grappig om ons te laten schrikken door als een opgebaard lijk met nette, zwarte kleren aan op zijn bed te liggen. Wij kunnen zijn macabere humor niet erg waarderen.
ENGELS: macabre
(w7) ESPERANTO: makabra
malaise
= 1) (in de geneeskunde; bij een mens:) ziek gevoel; zich zwak en slecht voelen
Het meest opvallende symptoom bij griep is algehele malaise. "Dokter, ik voel me zo ziek als een hond", zeggen de patiënten dan.
= 2) (in de economie:) slechtlopende zaken; ongunstige periode in de economie
Gelukkig is de malaise van de crisisjaren weer voorbij: de economie trekt weer aan en de beurs doet weer goede zaken!
ENGELS: depression; slump
(w7) ESPERANTO: ekonomia malvigleco
obligaat; obligatoir
= verplicht (maar niet officieel); onvermijdelijk; vereist (maar niet officieel); "je moet het eigenlijk wel doen"; "je komt er niet onderuit"
Na de toespraak volgt het obligate handjesschudden met de bestuursleden; niet dat het per se moet maar je wordt toch wel raar aangekeken als je het niet doet. Het gaat dus om een obligatoire handeling.
(w7)
penibel
= hachelijk; lastig; moeilijk; gevaarlijk; pijnlijk; riskant
We belandden in een  penibele situatie  toen we tijdens een wandeling in de bergen werden overvallen door een vreselijk onweer. Het scheelde weinig of we hadden het niet kunnen navertellen.
ENGELS: painful; awkward
(w7) ESPERANTO: embarasa
schromelijk
= heel erg; in hevige mate
Op zijn gitaar kan hij een paar liedjes spelen, ja, maar om hem nou meteen de topartiest van de eeuw te noemen is  schromelijk overdreven .
(w7) ESPERANTO: treege
schromen
= aarzelen; iets nauwelijks durven te doen
De politieagent die zichzelf en zijn collega's moest beschermen tegen de bende agressieve jongeren, schroomde niet om de wapenstok te gebruiken. = Hij had er geen moeite mee om ferme klappen uit te delen.
(w7) ESPERANTO: heziti; timi
schroom
= aarzeling; vrees; weifeling
Het schildersmodel dat door de studenten van de kunstacademie naakt geschilderd zou worden, liet zonder schroom de badjas van haar schouders glijden.
(w7) ESPERANTO: timeto; hezito
Succes ermee - Tot volgende week!